activiteit van tekst interpretatie, gericht op leerlingen van het vijfde leerjaar van de basisschool, over vissen die ademen. Hoe ademen vissen onder water? Dat zoeken we uit? Lees de tekst dus goed! Beantwoord dan de verschillende voorgestelde interpretatievragen!
U kunt deze activiteit voor woordbegrip downloaden in een bewerkbare Word-sjabloon, klaar om af te drukken naar pdf en ook de activiteit met antwoorden.
Download deze oefening begrijpend lezen op:
SCHOOL: DATUM:
PROF: KLASSE:
NAAM:
Lezen:
Vissen zijn de grootste klasse van gewervelde dieren op aarde en ze bestaan al vele jaren. Sterker nog, 45 miljoen jaar geleden! We kunnen ze vinden in zeeën, oceanen, rivieren en meren. Er zijn alle maten. Met 1 centimeter, maar ook met 18 meter. Omdat ze erg snel zwemmen en een zachte hoes hebben, wisten ze vele jaren te overleven. Het ademhalingssysteem van vissen heeft: mond; kieuwen of kieuwen; oogspleet en opercula (bijna alle vissen hebben ze). […]
Mensen ademen door hun longen. Maar dit gebeurt niet bij vissen: ze ademen door kieuwen of kieuwen. Ze vergemakkelijken de zogenaamde aquatische ademhaling. Het water komt binnen via de bek van de vis en gaat naar de kieuwen. Daar krijgt het bloed zuurstof. Het verdrijft vervolgens koolstofdioxide door de opercula, die eigenlijk de gaten aan weerszijden van de kop van de vis zijn. Zoals je kunt zien, slikken ze nooit zeewater in!
In het lichaam van vissen is er iets dat we ook hebben: bloedvaten. Deze bloedvaten helpen zuurstof in het bloed te komen. Dit is erg belangrijk voor alle levende wezens. Maar er zijn ook vissen die geen opercula hebben, zoals haaien en roggen. Maar ook dieren als schaaldieren (krabben en garnalen) en weekdieren (mosselen en oesters) maken gebruik van deze vorm van ademhaling. Wat er gebeurt in vissenkieuwen is vergelijkbaar met wat er gebeurt in menselijke longen: de water dat het operculum uitwerpt bevat minder zuurstof en meer koolstofdioxide dan dat wat gaat in. Logisch, want zuurstof is essentieel voor alle levende wezens. Zonder dat zou geen enkel dier in goede omstandigheden kunnen overleven.
Beschikbaar in:. (Met bezuinigingen en aanpassingen).
Vraag 1 - In de passage “We kunnen ze vinden in zeeën, oceanen, rivieren en meren.” verwijst de tekst naar:
( ) vis.
( ) weekdieren.
( ) schaaldieren.
Vraag 2 - In "Omdat ze erg snel zwemmen en een zachte hoes hebben, wist vele jaren te overleven.”, de uitgelichte feiten zijn:
( ) de oorzaken van een ander.
( ) de doeleinden van een ander.
( ) de gevolgen van een ander.
Vraag 3 - Teruglezen:
“Het ademhalingssysteem van vissen heeft: mond; kieuwen of kieuwen; oogspleet en opercula (bijna alle vissen hebben ze).”
Dit fragment is:
( ) een vertelling.
( ) een beschrijving.
( ) een argument.
Vraag 4 – Het segment "[...] is eigenlijk de gaten aan elke kant van de kop van de vis." definieert:
( ) de kieuwen.
( ) de opercula.
( ) de kieuwen.
Vraag 5 – Volgens de tekst "heeft het water dat het operculum uitwerpt minder zuurstof en meer koolstofdioxide dan het water dat binnenkomt". Wijs naar de passage die de reden hiervoor geeft:
( ) “In het lichaam van vissen zit iets dat wij ook hebben: bloedvaten.”
( ) “[…] het is vergelijkbaar met wat er gebeurt met de longen van mensen […]”
( ) “[…] zuurstof is essentieel voor alle levende wezens.”
Vraag 6 – Identificeer het fragment dat de lezer rechtstreeks aanspreekt:
( ) “Met 1 centimeter, maar ook met 18 meter.”
( ) “Dan krijgt het bloed zuurstof.”
( ) “Zoals je kunt zien, slikken ze nooit zeewater in!”
Vraag 7 – Geconcludeerd kan worden dat de tekst tot doel heeft:
( ) leg iets uit.
( ) vertel een verhaal.
( ) bespreek een probleem.
Door Denyse Lage Fonseca
Afgestudeerd in Letteren en specialist in onderwijs op afstand.