Portugese activiteit, gericht op achtste studenten, heeft tot doel de bijwoordelijke tijdstoevoeging. Laten we eens kijken naar de werking van deze uitdrukkingen die tijd aangeven in de constructie van de tekst de parels, in Carlos Drummond de Andrade? Dus beantwoord de vragen!
Deze Portugese taalactiviteit is beschikbaar om te downloaden in een bewerkbare Word-sjabloon, klaar om af te drukken in PDF en ook de voltooide activiteit.
Download deze Portugese oefening op:
SCHOOL: DATUM:
PROF: KLASSE:
NAAM:
Lezen:
In het suikerzakje vond Renata een parel. De parel was blijkbaar voor Renata, die altijd al een parelketting wilde hebben, maar haar beroep als banketbakker liet dit niet toe.
Nu wacht ik tot de andere parels komen”, zei Renata zelfverzekerd. […]
Klanten klaagden dat Renata's snoep te zoet was, en velen stuurden hun bestellingen terug. Waarom verscheen er niet nog een parel? Renata is geen gediplomeerde banketbakker meer en de laatste tijd maakt ze alleen nog maar rijstpudding. oud.
Het meisje dat die dag de rijstpudding proefde, stond op het punt een tand te breken toen ze op een klonterig stuk kauwde. De kern was een parel. De moeder wilde het niet teruggeven aan Renata en zei: 'Wie weet als anderen niet komen opdagen en ik een parelsnoer voor ze zal maken? Ik bestel elke week rijstpudding.”
ANDRADE, Carlos Drummond de. "Plausibele verhalen". Rio de Janeiro, J. Olympische Spelen, 1985. p.44.
Vraag 1 - Identificeer de zin, aanwezig in de eerste zin van de tekst, met een bijwoordelijke toevoeging die tijd aangeeft. Merk het dan op:
EEN.
Vraag 2 - In het fragment "Nu ga ik wachten tot de andere parels arriveren [...]" wijzigt de bijwoordelijke tijd "Nu" de betekenis:
( ) van een actie van de snoepmaker Renata.
( ) van een actie van het meisje dat rijstpap proefde.
( ) van een actie van de moeder van het meisje dat rijstpap proefde.
Vraag 3 - In de passage "Renata is niet langer een gediplomeerde banketbakker en maakte de laatste tijd alleen rijstpudding.", wijzigt de bijwoordelijke tijd "uiteindelijk" de betekenis van het werkwoord:
EEN.
Vraag 4 – Rekening houdend met het onderstreepte bijwoord, is de zinsnede "Het meisje dat de rijstpudding proefde, die dag, het brak bijna […]” kan als volgt worden geschreven:
( ) “Het meisje dat die dag de rijstpudding proefde, brak bijna […]”
( ) “Het meisje dat die dag de rijstpudding proefde brak bijna […]”
( ) “Het meisje dat die dag de rijstpudding proefde brak bijna […]”
Vraag 5 - Identificeer de bijwoordelijke tijdstoevoeging in de laatste periode van de tekst:
EEN.
Per Denyse Lage Fonseca – Afgestudeerd in Talen en specialist in afstandsonderwijs.
Bij antwoorden staan in de link boven de kop.
meld deze advertentie