Portugese activiteit, gericht op leerlingen in het negende jaar van de basisschool, adressen voegwoorden. Hoe zit het met het analyseren van deze zinnen in de tekst? de herder en de ezel? Beantwoord dus de voorgestelde vragen! In het segment "Hij vroeg het dier" waarvoor liep met hem op de rug […]”, introduceert de gemarkeerde conjunctieve zin een feit dat de oorzaak is van een ander, is het het doel van een ander, of is het het gevolg van een ander? Zullen we antwoorden?
Deze Portugese taalactiviteit is beschikbaar om te downloaden in een bewerkbare Word-sjabloon, klaar om af te drukken in PDF en ook de voltooide activiteit.
Download deze Portugese oefening op:
SCHOOL: DATUM:
PROF: KLASSE:
NAAM:
Lezen:
Een herder keek rustig naar zijn ezel die graasde in een groene prairie.
Plotseling hoorde hij in de verte het geschreeuw van de naderende vijand.
Hij smeekte het dier om zo snel als hij kon met hem op de rug te rennen, zodat ze niet allebei gevangen werden genomen. De ezel zei kalm:
'Waarom zou ik bang zijn voor de vijand?' Denk je dat het waarschijnlijk is dat de overwinnaar mij, naast de twee manden die ik draag, nog twee zal doen?
"Nee", antwoordde de pastoor.
"Dus," zei het dier, "zolang ik de twee manden draag die ik al heb, wat maakt het dan uit wie ik serveer?"
Door de heerser te veranderen, in de armen, verandert er niets anders dan de naam van zijn nieuwe meester.
Beschikbaar in: .
Vraag 1 - Identificeer het fragment dat een conjunctieve zin weergeeft:
( ) "Plots hoorde hij in de verte het geschreeuw van de naderende vijand."
( ) “[…] zodat ze niet allebei gevangen werden genomen.”
( ) "Bij het wisselen van heerser, voor de armen, verandert er niets dan de naam van zijn nieuwe meester."
Vraag 2 - In het hierboven geïdentificeerde fragment begint de conjunctieve zin een gebed genaamd:
( ) absoluut.
( ) coördinaat.
( ) ondergeschikt.
Vraag 3 - In het segment "Hij vroeg het dier" waarvoor liep met hem op de romp […]”, introduceert de gemarkeerde conjunctieve zin een feit dat:
( ) is de oorzaak van een ander.
( ) is het doel van een ander.
( ) is het gevolg van een ander.
Vraag 4 – Onderstreep de conjunctieve zin in deze tekstpassage:
“–Dus,” zei het dier, “zolang ik de twee manden draag die ik al heb […]”
Vraag 5 - De conjunctieve zin die in de vorige vraag is onderstreept, drukt uit:
( ) een toestand.
( ) een concessie.
( ) een conformiteit.
Per Denyse Lage Fonseca
Afgestudeerd in Talen en specialist in afstandsonderwijs.
meld deze advertentie