Wiskundeactiviteit, voorgesteld aan leerlingen van het vijfde leerjaar van de lagere school, met vragen en probleemsituaties over numerieke uitdrukkingen.
U kunt deze rekentaak downloaden in een bewerkbare Word-sjabloon, klaar om af te drukken in PDF en ook de voltooide activiteit.
Download deze rekenoefening van:
SCHOOL: DATUM:
PROF: KLASSE:
NAAM:
1) Los de onderstaande uitdrukkingen op:
a) 4 + 18: 3 =
b) 12 + 36: 4 =
c) 12: 6 + 3 x 5 - 4 =
d) 2 x 8 + 35: 7 - 9 =
e) 21 x 3 + 9 =
f) 16: 2 + 7 =
g) 81: 9 + 2 x 4 – 3 =
h) 9 x 8 + 16: 8 - 6 =
2) In een reservoir zat 120 liter water. Marcos verwijderde 6 emmers van elk 10 liter en 6 emmers van elk 4 liter. Hoeveel liter water zit er nog in het reservoir?
EEN:
3) Catarina had 84 kaarten en gaf 19 aan haar vriend, daarna won ze 31. Hoeveel brieven had ze?
EEN:
4) Een bus verliet het busstation met 40 passagiers, op een gegeven moment stapten 16 mensen uit en bij de volgende stapten er 8 uit en 13. Hoeveel mensen zitten er in de bus?
EEN:
Per Toegang
meld deze advertentie