Wiskunde Activiteit, voorgesteld aan derdejaars basisschoolleerlingen, met problemen met vermenigvuldigen en optellen.
Deze wiskundige activiteit kan worden gedownload als een bewerkbare Word-sjabloon, klaar om af te drukken naar PDF en ook de voltooide activiteit.
Download deze activiteit van:
SCHOOL: DATUM:
PROF: KLASSE:
NAAM:
Lees en los de problemen op.
1) Een trein vervoert 150 passagiers in elke wagon. Wetende dat deze trein 6 auto's heeft, hoeveel passagiers worden er dan vervoerd in 1 reis? En in 3 ritten?
1 reis=
3 reizen =
EEN:
2) Fabiana heeft R$525,00 aan spaargeld, Pedro heeft twee keer zoveel als Fabiana en Patrícia heeft drie keer zoveel als Fabiana's spaargeld. Hoeveel geld heeft Peter? En Patricia?
Peter=
Patricia=
EEN:
3) De commercieel directeur van een bedrijf kocht 4 mobiele telefoons voor zijn verkopers. Hoeveel reais heeft hij uitgegeven, als elke mobiele telefoon R$379 reais kost?
EEN.
4) Danilo en zijn vrienden kochten 20 kaartjes voor een voetbalwedstrijd en betaalden elk R$75. Hoeveel hebben ze in totaal uitgegeven?
5) Bekijk de poster en bereken:
a) Hoeveel kost 4 ontbijten?
EEN:
b) Hoeveel kost 5 snacks?
EEN:
c) Hoeveel kost 3 gerechten per dag?
EEN:
d) Hoeveel kost 6 speciale gerechten?
EEN:
e) João en zijn vriend Pedro aten slechts één snack in de ochtend en één speciaal gerecht voor de lunch, elk. Hoeveel betaalden de twee samen voor deze maaltijden?
tussendoortje=
Speciaal gerecht=
EEN:
f) Maria ging naar het restaurant en ontbeten en een snack. Hoeveel heeft ze in totaal uitgegeven?
Ontbijt =
tussendoortje =
Totaal=
EEN:
Door Rosiane Fernandes Silva
Bij antwoorden staan in de link boven de kop.
meld deze advertentie