De wrijvingskracht: om de kracht of versnelling van een lichaam te berekenen, moet er rekening mee worden gehouden dat de oppervlakken waarop ze worden verplaatst geen kracht uitoefenen tegen de beweging.
Want als er kracht werd uitgeoefend, was er een non-stop verplaatsing.
Hoe glad een oppervlak ook is, het is niet vrij van wrijving. Wanneer een kracht wordt uitgeoefend op een lichaam op een oppervlak, stopt dat lichaam uiteindelijk.
We raden ook aan: Calorimetrie.
Bij het duwen van een auto zien we dat totdat de auto begint te rijden, er een kracht moet worden uitgeoefend die groter is dan de kracht wanneer de auto al in beweging is.
Het is een kracht die werkt wanneer lichamen niet glijden. Deze kracht is gelijk aan de minimale kracht die nodig is om het lichaam te bewegen.
Wanneer een lichaam in rust is, moet de wrijvingskracht groter zijn dan de uitgeoefende kracht. In de berekening wordt een statische wrijvingscoëfficiënt gebruikt.
Het wordt toegepast wanneer er sprake is van een slip van lichamen. Dit is wanneer de wrijvingskracht wordt overtroffen door de kracht die wordt uitgeoefend op het lichaam, dat gaat bewegen en op dit moment wordt het beschouwd als dynamische wrijvingskracht.
De dynamische wrijvingskracht zal altijd kleiner zijn dan de uitgeoefende kracht. Voor de berekening wordt de kinetische wrijvingscoëfficiënt gebruikt.
Zie ook:
____
Schrijf u in op onze e-maillijst en ontvang interessante informatie en updates in uw e-mailinbox
Bedankt voor het aanmelden.