Portugese activiteit, gericht op leerlingen in het achtste jaar van de basisschool, verkent de bijwoorden dus. Laten we die woorden analyseren die de betekenis van een werkwoord of bijwoord wijzigen, wat wijst op stemming? Beantwoord vervolgens de vragen aan de hand van de tekst. collega's, te zien in het boek “O Brasil anekdotico”, geschreven door Humberto de Campos!
Deze Portugese taalactiviteit kan worden gedownload in een bewerkbare Word-sjabloon, klaar om af te drukken in PDF en ook de beantwoorde activiteit
Download deze Portugese oefening op:
SCHOOL: DATUM:
PROF: KLASSE:
NAAM:
Lezen:
Na zijn toetreding tot het ministerie van Financiën, was er adviseur Francisco Belizário Soares de Sousa in beroep gegaan, al drie Soms, tot eer van het land in het buitenland, toen hij, terwijl hij een dag op Rua do Ouvidor doorbracht, iemand hem hoorde groeten hoog:
- Goedemorgen meneer. Raadsman, mijn vriend en collega!
De dominee draaide zich om, en toen hij Paula Ney, hoed in de hand, een buiging zag maken, maakte hij de begroeting terug.
En Ney, binnenkort, met dezelfde glimlach:
– Collega, ja… Omdat… V. Uwe excellentie leef jij ook niet van leningen?
Humberto de Campos. "Anekdotisch Brazilië".
Vraag 1 - Wijs de passage aan die een bijwoord bevat, dus:
( ) “[…] daar ging de raadsman Francisco Belizário Soares de Sousa in beroep, al drie keer […]”
( ) “[…] wanneer, wanneer je een dag doorbrengt in de Ouvidorstraat […]”
( ) “[…] hoorde dat iemand hem hardop groette […]”
Vraag 2 - Het hierboven genoemde bijwoord van wijze geeft de omstandigheid aan waarin een feit plaatsvond:
( ) continu in het verleden.
( ) in het verleden voltooid.
( ) voorspelbaar in het verleden.
Vraag 3 - In de bovenstaande context speelt de term "clumbling" de rol van een bijwoord van manier, waardoor de betekenis van het werkwoord wordt gewijzigd:
( ) "het keerde terug"
( ) "zien"
( ) "op elkaar afgestemd"
Vraag 4 - In de zin "Ze vroeg ironisch.", wijzigt het bijwoord "ironisch" de betekenis van een werkwoord:
( ) intransitief
( ) direct transitief
( ) indirect transitief
Vraag 5 - In de zin "De minister was erg overstuur!", is de term "goed":
( ) een bijwoord van stemming.
( ) een bijwoord van tijd.
( ) een bijwoord van intensiteit.
Per Denyse Lage Fonseca – Afgestudeerd in Talen en specialist in afstandsonderwijs.
Bij antwoorden staan in de link boven de kop.